Temperatuursensor koelvloeistof DDE 4.1
De temperatuursensor is in het waterpomp geschroefd en registreert de koelvloeistoftemperatuur via zijn wisselende weerstand (NTC= negatieve temperatuur coëfficiënt)
De koelvloeistoftemperatuur dient als meetgrootheid voor de volgende functies:
- uitlaatgasrecirculatie
- berekening inspuithoeveelheid
- berekening van de begrenzingshoeveelheid
- berekening starthoeveelheid
- Voorwaarde aansturing airconditioning
- Uitschakeling turbodrukregeling vanwege een koude start
- Besturing voorgloeitijd
- Aansturing E-ventilator
- Regeling stationair toerental
- Raildrukregeling
- Motorsteunregeling
Handeling bij storing
Als de temperatuursensor defect is, wordt de storing 0115, 0116 "Koelvloeistoftemperatuursensor" in het geheugen opgeslagen.
Testaanwijzing
De temperatuursensor wordt bij kortsluiting naar B+ vernietigd.
Richtwaarden voor de weerstandscontrole
- Weerstand bij 20 °C: 2,5 ... 3,0 kOhm
- Weerstand bij 50 °C: 0,7 ... 0,9 kOhm
- Weerstand bij 100 °C: 0,12 ... 0,17 kOhm