Actieve stoel:

De actieve stoel is voorzien van twee met vloeistof gevulde kunststof zakken, die onder de zitting zijn gemonteerd. De zakken worden afwisselend gevuld en afgetapt, waardoor de wervelkolom van de op de stoel zittende persoon iets wordt bewogen. Hierdoor kunnen spanningen, verstijvingen, vermoeidheidsverschijnselen en rugpijn worden voorkomen.

Componenten

Het totale actieve stoelsysteem bestaat uit de volgende componenten

Functie

Werking

In het zitkussen zijn twee met vloeistof gevulde zakken gemonteerd. In de ruststand zijn de beide zakken in gelijke mate gevuld. Met het inschakelen van de actieve stoel wordt een pomp geactiveerd, die één zak aftapt en de andere geheel vult, waardoor de zitting aan één kant hoger komt te liggen. Deze situatie wordt ca. 10 seconden aangehouden. Hierna wordt de zak weer tot de middelste stand afgetapt. Na weer een pauze van ca. 10 seconden wordt de zak geheel afgetapt en de andere zak geheel gevuld.

Deze procedure zorgt ervoor dat het bekken constant iets wordt gekanteld, hetgeen leidt tot het bewegen van het onderste gedeelte van de wervelkolom. Het spierenstelsel moet constant werken, (net zoals bij het lopen) en er treedt geen vermoeidheid op. Het lichaam blijft ontspannen.

In de ruststand zijn de beide zakken ca. 15 mm hoog. Als het systeem actief is, schommelt de hoogte steeds tussen 0 en 30 mm. Daar de zakken op het zittingkussen zijn ingebouwd, is echter bij een onbelaste stoel geen verhoging van het zitvlak zichtbaar.

De actieve stoel kan vanaf contactslotstand 1 (klem R) worden geactiveerd. Na het uitschakelen draait de pomp totdat de beide zakken voor de helft gevuld zijn.

Toetsen

De toetsen voor de actieve stoel zijn geïntegreerd in het schakelcentrum van de middenconsole.

Bij het indrukken van de toets in het schakelcentrum tunnelconsole wordt de stroomdraad naar de regeleenheid voor de actieve stoel gedurende 30 ms op low (massa) geschakeld. De regeleenheid activeert de actieve stoel en schakelt eveneens de stroomdraad gedurende 30 ms op low (massa). Vervolgens wordt de functie-LED in de toets ingeschakeld.

Als de stroomdraad naar de regeleenheid voor de actieve stoel onderbroken is, of als er een storing in de actieve stoel aanwezig is, vindt er geen terugmelding plaats en de functie-LED gaat niet branden.

Bij het uitschakelen van de actieve stoel vindt er geen terugmelding van de regeleenheid plaats.

Pomp-unit

De pomp-unit omvat de volgende componenten:

Met vloeistof gevulde zakken

De zakken zijn gevuld met een water/antivries-mengsel. Deze zijn via kunststof slangen vast verbonden met de pomp-unit. Bij reparatie moeten de pomp-unit en de zakken gezamenlijk worden vervangen.

Regeleenheden

Voor de linker en rechter voorstoel is steeds een eigen regeleenheid aanwezig die de pomp-unit aanstuurt. De regeleenheden zijn aangesloten op de P-bus. De codering of de regeleenheid die de linker of rechter voorstoel aanstuurt, wordt verzorgd via pin 5 (signaalopname COD) van de 6-polige stekker op de regeleenheid. Bij de regeleenheid van de rechter voorstoel is de pin via een stroomdraad met de massa verbonden.

De regeleenheid voor de linker voorstoel is voorzien van een versnellingssensor die de dwarsversnelling van de auto detecteert. Bij een zeer hoge dwarsversnelling wordt de aansturing van de actieve stoel tijdelijk onderbroken.