Temperatuurregeling
De gewenste temperatuur in het interieur van de auto (richttemperatuur) wordt via de keuzeschakelaar met potentiometer op het bedieningsgedeelte ingesteld. Voor de temperatuurregeling worden de interieur- (beenruimte-), warmtewisselaar-, verdamper-, buiten- en koelvloeistoftemperatuur geƫvalueerd waarbij tevens rekening wordt gehouden met het snelheids- en toerentalsignaal.
Het verwarmingsaggregaat werkt volgens het reheat-proces. De verdamper koelt de toegevoerde lucht af en de warmtewisselaar warmt de lucht weer op tot de gewenste temperatuur. De temperatuur van de warmtewisselaar wordt via een gefaseerd aangestuurde verwarmingskraan ingesteld. Hierbij berekent de regeleenheid de openingstijden voor de kleppen aan de hand van de hierboven beschreven ingangswaarden. De openingstijden van de kleppen bedragen bij max. KOUD 0 ms, bij max. WARM 3600 ms.