Warmtereservoir

Het restwarmtereservoir (LWS) maakt een snel verwarmen van het interieur of de motor m.b.v. een speciaal warmtereservoir en een grotere extra waterpomp mogelijk .

Er wordt automatisch vanaf contactslotstand 1 ingeschakeld en met de door de motor verwarmde koelvloeistof opgeladen, waarbij de aansturing van de kleppen van de volgende toestanden afhankelijk is:

Warmtereservoir

Bedrijfstoestand van de LWS

• Latent warmtereservoir uitgeschakeld:
  Als er geen verwarming van het interieur nodig is of als de motortemperatuur < 45 ^o C en de LWS-temperatuur < 30 ^o C is, wordt het latent-warmtereservoir uitgeschakeld. De omschakelklep staat open (stroomloos) , de afsluitkraan is gesloten (staat spanning op) .
  
• Verwarming van het interieur door de motor:
  Als de motor is afgezet, de motortemperatuur > 45 ^o C bedraagt en de verwarmingskraanpulstijd > 0% bedraagt, wordt het interieur door de motor verwarmd. De omschakelklep staat open (stroomloos) , de afsluitkraan is gesloten (staat spanning op) .
  Als de motor draait en de LWS-temperatuur lager is dan de motortemperatuur en deze lager is dan 70 ^o C, wordt het interieur door de motor verwarmd. De omschakelklep staat open (stroomloos) , de afsluitkraan is gesloten (staat spanning op) .
  
• Verwarming van het interieur door het latent-warmtereservoir
  Als de LWS-temperatuur > 30 ^o C, de motortemperatuur < 45 ^o C en de verwarmingskraanpulstijd > 0% bedraagt, wordt het interieur door het latent-warmtereservoir verwarmd. De omschakelklep en de afsluitkraan zijn gesloten (op beide staat stroom) .
  
• Verwarming van de motor door het latent-warmtereservoir
  Als de LWS-temperatuur > 30 ^o C is, de motortemperatuur lager dan LWS-temperatuur en de verwarmingskraanpulstijd = 0% bedraagt, dan wordt de motor door het latent-warmtereservoir verwarmd. De omschakelklep en de afsluitkraan staan open (beide stroomloos) .
  
• Verwarming latent-warmtereservoir door de motor:
  Als de motortemperatuur > 70 ^o C is, de LWS-temperatuur lager dan de motortemperatuur en de verwarmingskraanpulstijd = 0%, wordt het latent-warmtereservoir door de motor verwarmd. De omschakelklep en de afsluitkraan staan open (beide stroomloos) .
  Als de waterkraanimpulstijd > 0% is, staat de omschakelklep open (stroomloos) en is de afsluitkraan gesloten (er staat spanning op).
  

De extra waterpomp wordt ingeschakeld bij de werking van het warmtereservoir wanneer

• contactslotstand 0 (interieurvoorventilatie/restwarmtefunctie) 1 of 2 en verwarmingskraanpulstijd_{links of rechts} > 0%
  
• LWS-verwarming actief
  

De extra waterpomp voor de werking van het warmtereservoir wordt uitgeschakeld zodra

• contactslotstand 0
  
• verwarmingskraanpulstijd _{links of rechts} = 0%
  
• Temperatuur _LWS > 85 ^o C