Raildrukregeling DDE 4.0

De volgende componenten behoren tot het common-railsysteem en beïnvloeden de raildrukregeling:

Raildrukbewaking

De raildruk wordt tijdens het starten van de motor en tijdens het draaien hiervan door een vergelijking van de richtwaarde en de actuele waarde gecontroleerd. De raildruksensor zendt de actuele waarde naar de DDE. De richtwaarde wordt door de DDE afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden berekend. Stelt de DDE een ontoelaatbare afwijking van de raildruk ten opzichte van de richtwaarde vast, dan wordt storingscode 1190, ”Raildruk-regeling” opgeslagen.

Een ontoelaatbare afwijking van de raildruk ten opzichte van de richtwaarde kan de volgende oorzaken hebben:

Vanaf DDE-software-versie B1 (productiebegin vanaf 07/2000) wordt bij het optreden van storingscode 1190 de DDE-controlelamp aangestuurd. Tevens wordt storingscode 1612 ”DDE-controlelamp aangestuurd” opgeslagen. Deze code betekent slechts dat de DDE-controlelamp wegens een storing in de raildrukregeling werd aangestuurd.

Handeling bij storing

Als de DDE een ontoelaatbare afwijking van de raildruk detecteert, kan de motor niet worden gestart, c.q. slaat de motor af.