Stoelverstelling

Handmatige verstelling

Voor het verstellen van de stoel dienen de schakelaars in het schakelaarblok. De verstelschakelaar (met een geïntegreerde regeleenheid) bevindt zich aan de zijkant van de stoel, aan de zijde van het betreffende portier.

De volgende verstellingen kunnen via deze schakelaar worden uitgevoerd:

• Stoelverstelling in lengterichting
  
• Hoogteverstelling van de stoel
  
• Verstelling van de zittinghoek
  
• Verstelling van de rugleuning
  
• Schouderverstelling (alleen bij comfortstoel)
  
• Hoofdsteunverstelling (alleen bij comfortstoel)
  

Programmering van een geheugenpositie

• Het contactslot van de auto moet zich in stand 1 of 2 bevinden.
  
• Bediening van de memory-toets van de memory-schakelaar. Een brandende controlelamp in de memory-toets geeft aan dat het systeem klaar is voor programmering.
  
• Als één van de 3 positieschakelaars wordt ingedrukt, wordt de actuele stoelpositie in het geheugen opgenomen.
  
• De controlelamp dooft na het indrukken van de positieschakelaar.
  
• Als binnen 7 sec. geen positieschakelaar wordt ingedrukt, wordt het systeem uitgeschakeld. De controlelamp in de positieschakelaar dooft.
  

Oproepen van een memory-positie

Bij het oproepen van opgeslagen posities wordt onderscheid gemaakt tussen 2 functie:

• Tipbediening:
  Bij de tipbediening is het even indrukken van één van de drie positieschakelaars voldoende om de verstelling te starten. De verstelling geschiedt automatisch en wordt uitgevoerd totdat de opgeslagen positie is bereikt.
  De tipbediening werkt als het bestuurdersportier is geopend en de contactsleutel in stand 0 of 1 staat.
  Bij een gesloten bestuurdersportier moet het contactslot in stand 1 staan.
  
• Continu indrukken:
  Voor het oproepen van een zitpositie moet de betreffende positieschakelaar ingedrukt worden gehouden, om een positie te handhaven. Als de schakelaar wordt losgelaten voordat de gewemste positie is bereikt, wordt de betreffende functie direct uitgeschakeld. Als de schakelaar opnieuw wordt ingedrukt, wordt de beweging voortgezet. Als een andere positieschakelaar wordt ingedrukt, wordt de nieuwe positie ingenomen.
  De constante werking van de toets is mogelijk als het bestuurdersportier is geopend en de contactsleutel in stand 2 staat.
  En bij gesloten bestuurdersportier in stand van het contactslot 0 of 2.
  

Herkennen van eindaanslagen

Om een onnodige belasting van de aandrijving te voorkomen is een automatische detectie van de verstellimiet aanwezig.

Als meerdere malen een blokkering in dezelfde positie wordt geregistreerd, wordt deze als eindaanslag opgeslagen. Elke verdere verstelling wordt afgebroken voordat deze grens wordt bereikt.

Een verkeerde eindaanslag (bijv. door het blokkeren van de stoel door een voorwerp) kan, na het opheffen van de blokkering, worden opgeheven door de schakelaar voor handmatige verstelling opnieuw in te drukken.

Stuurkolomverstelling

Handmatige verstelling

Voor de handmatige verstelling bevindt zich aan de linkerzijde van de stuurkolom een schakelaar.

De volgende verstellingen kunnen via deze schakelaar worden uitgevoerd:

• OPEN
  
• Af
  
• Voor
  
• Terug
  

De stuurkolom kan onafhankelijk van de stoelverstelling worden bediend.

In- en uitstaphulp

De instaphulp zorgt ervoor dat de stuurkolom zich bij het verwijderen van de contactsleutel naar boven en in lengterichting naar voren verplaatst. De verstelling in de lengterichting kan door de codering worden uitgeschakeld.

Stelmotoren met ripple-counter

Voor de stuurkolomverstelling en de schouderverstelling worden stelmotoren met ripplecount-modulen toegepast. In deze moduul bevindt zich de electronica voor de aansturing van de motoren en de electronica voor het registreren van het motortoerental en de motorpositie. Iedere RC-moduul kan hierdoor de motor zelfstandig inschakelen en in de gewenste stand plaatsen. De verbinding tussen de stoelregeleenheid en de RC-modulen wordt telkens door een gegevensdraad verzorgd.

Stelmotoren met Hallsensoren

Voor de stoelverstelling in lengterichting, de hoogteverstelling, de verstelling van de zittinghoek, de stoelleuningverstelling en de hoofdsteunverstelling worden stelmotoren met Hallsensoren voor de bepaling van de motorpositie toegepast.

Uitvoeringen

• 3 Kanalen: stoelverstelling in lengterichting, stoelleuningverstelling, stoelhoogteverstelling en stuurkolomverstelling.
  
• 4 Kanalen: stoelverstelling in lengterichting, stoelleuningverstelling, stoelhoogteverstelling, stoelhoekverstelling en stuurkolomverstelling.
  
• 6 Kanalen (alleen comfortstoel):stoelverstelling in lengterichting, stoelleuningverstelling, stoelhoogteverstelling, zittinghoekverstelling, schouderverstelling, hoofdsteunverstelling en stuurkolomverstelling.