Door het in- en uitschakelen van verbruikers met hoge stroomafname verandert de dynamostroom plotseling. Deze belasting leidt bij stationair toerental en lage toerentallen tot schommelingen in het toerental. Om dit oncomfortabele gedrag te voorkomen begrenst de Load Response functie van de dynamo het stijgen van de stroom bij lage toerentallen, omdat hier de motoreigenschappen bezonder gevoelig voor storingen zijn. Beneden 1000/min wordt de stroomtoename beperkt tot tien ampère per seconde. Een niet te vermijden neveneffect van deze functie is variatie in de lichtopbrengst van de koplampen bij stationair toerental.
Bij gemiddelde en hoge toerentallen grijpt de Load Response functie niet in.
Variatie in de lichtopbrengst van de koplampen bij toerentallen boven 1000/min wijzen op een defecte spanningsregelaar.