De door de dynamo opgewekte, gelijkgerichte spanning is afhankelijk van de elektrische belasting en het motortoerental. Om de verbruikers van een constante spanning te voorzien, is een spanningsregeling nodig. Normaal wordt de dynamospanning afgeregeld op waardes tussen 13,5V en 14,5V. Door grote veranderingen in de belasting van de accu (het in- en uitschakelen van verbruikers met hoge stroomafname) kan de dynamostroom plotseling zeer hoog zijn. Dit mag echter niet langer als één seconde duren.