Inslapen d.m.v. externe meting van de ruststroom in acht nemen
In de geparkeerde auto kan af en toe of continu een hogere ruststroom optreden. De mogelijke oorzaken zijn:
- Een extra stroomverbruiker is op klem 30 of op de accu aangesloten.
- Defecte componenten, regeleenheid of randapparatuur van een regeleenheid verbruik te veel stroom in de Sleepmodus.
Een automatische detectie van de veroorzakers is bij een ruststroomverstoring niet mogelijk. Bij auto's met intelligente accusensor kan alleen het bereik van de ruststroom worden bepaald: < 80 mA, tussen 80 en 200 mA, tussen 200 mA en 1 A, > 1 A.
Voor het opsporen van storingen is een externe ruststroommeting nodig, om het inslapen van de auto in acht te nemen en de veroorzaker te vinden.
Procedure: externe ruststroommeting met meettechniek
Voor een langdurige meting van de ruststroom zijn de GT1, DISplus of MIB oscilloscoop met de 50A-stroomtang zeer geschikt.
Voorbereiding van de auto:
Vóór het uitvoeren van de meting moet de auto eerst worden voorbereid, om goede resultaten te kunnen bereiken en mogelijke storingen tijdens de meting te voorkomen:
- De auto op een plek neerzetten waar de meting ongestoord kan worden uitgevoerd.
- De accu moet voldoende opgeladen zijn en de acculader mag niet aangesloten zijn. Accu zo nodig opladen.
- De motorkap openen en de motorkapcontactschakelaar omhoogtrekken (simulatie van een gesloten motorkap).
- Vervolgens moet het kofferdeksel worden geopend en moet het slot bij geopend kofferdeksel met een schroevendraaier o.i.d. worden vergrendeld (simulatie gesloten kofferdeksel).
- Dashboardkastje openen (herkenning van de verbruikersuitschakeling).
- Bestuurdersportier openen en weer sluiten (simulatie instappen).
- Contact afzetten, tenminste 5 seconden wachten en het contact weer aanzetten. Afstandsbediening of identificatiegever voor auto's met Comfort Access uit de insteekopening verwijderen en niet in de auto laten.
- Bestuurdersportier weer openen en het slot bij geopend portier met een schroevendraaier o.i.d. vergrendelen (simulatie uitstappen).
- De auto centraal sperren.
Instelling van de oscilloscoop voor een langdurige meting:
- Menu Meettechniek selecteren. Door de standaardinstelling op meetkabel <MFK1> verschijnt een foutmelding. Deze met <Cancel> (beëindigen) overslaan.
- Dan het scherm Instelling oscilloscoop selecteren.
- (1) Schrijfmodus activeren.
- (2) Stroom 50 A selecteren.
- (3) Meetbereik +10 A selecteren.
- (4) Frequentiebereik selecteren: Bijv. 0,2 mHz (1 meting per 10 seconden. Hierbij is een maximale registratieduur van 13,8 uur mogelijk).
Opmerking: Het frequentiebereik bepaalt de meettijd en het aantal keren dat de meetwaarden worden geregistreerd. Als de ingestelde meetfrequentie hoog is, betekent dit dat een meting vaak wordt uitgevoerd, maar dat de meettijd korter wordt.
- Oscilloscoop-weergave selecteren.
- 50A-stroomtang op GT1, DISplus of MIB aansluiten
Opmerking: De 50A-stroomtang wordt overeenkomstig de aanwijzingen op het beeldscherm van het betreffende diagnosesysteem tijdens de instellingen gekalibreerd. Daarom mag de 50A-stroomtang niet op de auto zijn aangesloten.
Opmerking: Bij alle langdurige metingen moet de GT1 op het dockingstation zijn aangebracht.
zie bijv. hieronder aansluiting van de 50A-stroomtang (1) met de 2/3-adapter (2) op de GT1 (3):
- 50A-stroomtang op de accuminkabel aansluiten (pijl in de richting van de accu). Dan begint de meting.
Inslapen van e auto observeren en storingzoeken
Regulier inslapen
Met de herkenningstekens (zie tabel verder hieronder) kan het inslapen van de auto worden gevolgd.
Inslapen voor E60, E61, E63, E64, E87, E90, E91 voor modeljaar 03/2006:
Nr.
|
Tijd
|
Gebeurtenis
|
Mogelijke herkenningstekens
|
1
|
0 - 3 min
|
Bereiken van de rusttoestand
|
- Verlichting van de START-STOP-toets dooft. Verlichting van de kinderbeveiligingsschakelaar op het schakelaarblok bestuurdersportier (groene LED) dooft.
|
|
3 - 16 min
|
De auto slaapt
|
|
2
|
16 - 17 min
|
KBM resp. FRM wekt de auto: Verbruikersuitschakeling.
|
- Leeslamp dooft. verlichting dashboardkastje dooft.
|
|
17 - 30 min. of 17 - 60 min.
|
De auto slaapt
|
|
3
|
30 of 60 min.
|
Uitschakeling van klem 30g
|
|
Inslapen voor E60, E61, E63, E64, E87, E90, E91 vanaf modeljaar 03/2006 en E92, E93, E81, E70, R56, R55:
Nr.
|
Tijd
|
Gebeurtenis
|
Mogelijke herkenningstekens
|
1
|
0 - 3 min
|
Bereiken van de rusttoestand
|
- Verlichting van de START-STOP-toets dooft. Verlichting van de kinderbeveiligingsschakelaar op het schakelaarblok bestuurdersportier (groene LED) dooft.
|
|
3 - 8 min
|
De auto slaapt
|
|
2
|
8 - 9 min
|
KBM resp. FRM wekt de auto: Verbruikersuitschakeling.
|
- Leeslamp dooft. verlichting dashboardkastje dooft.
|
|
17 - 30 min. of 17 - 60 min.
|
De auto slaapt
|
|
3
|
30 of 60 min.
|
Uitschakeling van klem 30g
|
|
Onder normale omstandigheden vindt de uitschakeling van klem 30g 30 min. na <Kl. R AUS> (klem R uit) plaats. Bij auto's met TCU en telematicadiensten vindt de uitschakeling 60 min na <Kl. R AUS> plaats.
Bij auto's met intelligente accusensor begint de ruststroombewaking circa 70 min. na <Kl. R AUS> (klem R uit). De auto moet minstens nog 120 minuten in de ruststand blijven, zonder gewekt te worden, zodat een nieuwe cyclus van de ruststroombewaking in de DME/DDE wordt opgeslagen.
Opmerking: Als de motor enige tijd heeft gedraaid, kunnen twee extra wekkers optreden bij E60, E61, E63, E64 en E70 vanaf modeljaar 03/2007: 40 minuten (nr.1) en 80 minuten (nr.2) na <Kl. R AUS> (klem R uit) wekt de KOMBI de auto voor het opvragen van de koelvloeistoftemperatuur (zie afbeelding hierboven). De beide wekkers zijn normaal en hebben geen storingsgeheugenopslag tot gevolg.
Procedure voor het opsporen van storingen
Bij een ruststroomverstoring de volgende procedure volgen:
- Om de veroorzaker vast te stellen op de voedingskabels naar de relais-/zekeringhouders voor en achter en zo nodig op de voedingskabel van de veiligheidsaccupoolklem met de stroomtang meten. Op deze manier kan worden vastgesteld, waar de oorzaak van de storing moet worden gezocht.
- Bij de betreffende relais-/zekeringhouder kan door systematisch verwijderen van zekeringen de veroorzaker worden vastgesteld.
Omdat klem 30g 30 resp. 60 min. na <Kl. R AUS> (klem R UIT) wordt uitgeschakeld, de storingsopsporingsprocedure op de via klem 30 en Kl. 30g-f gevoede componenten concentreren.