Veiligheids-/gatewaymoduul
De veiligheids- en gatewaymoduul zet signalen en berichten over naar de volgende bus-systemen:
- seriële diagnoseleiding
- BYTEFLIGHT
- PT-CAN (Powertrain-CAN)
- K-CAN (carrosserie-CAN)
De verbinding tussen het diagnosesysteem en de auto loopt uitsluitend via de veiligheids- en gatewaymoduul. De veiligheids- en gatewaymoduul is via een seriële koperdraad (=diagnosedraad) met de OBD-stekker (On Board Diagnose) verbonden. Op de OBD-stekker wordt de diagnosekop van het BMW-diagnosesysteem aangesloten. De lichtgeleiderbus (glasvezelbus) BYTEFLIGHT moet worden toegewezen aan het veiligheidssysteem (b.v. airbags). De toepassing van de PT-CAN-bus ligt op het gebied van de motor en die van de K-CAN-bus op het gebied van de carrosserie.
Wek- en inslaapvoorwaarde:
- De veiligheids- en gatewaymoduul kan inslapen (de interne spanningsvoorziening uitschakelen), als
- de PT-wekdraad niet ”High” is
- er geen optische wekimpulsen op de BYTEFLIGHT-bus aanwezig zijn
- er geen sprake is van activiteit op de K-CAN-bus
De mogelijkheid tot inslapen wordt voor alle bussen tegelijkertijd geactiveerd als alle deelnemers van alle op de veiligheids- en gatewaymoduul aangesloten bussystemen de bereidheid daartoe signaleren, de PT-wekdraad niet ”High” is en de diagnosedraad niet extern wordt aangestuurd. Voor een afzonderlijke bus, waarop alle deelnemers gereed zijn om in te slapen, verhindert de veiligheids- en gatewaymoduul het inslapen als nog tenminste één deelnemer op een andere bus niet gereed is om in te slapen.
- De centrale gatewaymoduul wordt gewekt (de interne spanning inschakelen), als
- de PT-wekdraad ”High” is
- op de BYTEFLIGHT-bus optisch een wekimpuls gedetecteerd wordt
- op de K-CAN-bus een bericht wordt ontvangen
- een spannings-reset via klem 30 wordt geïnitieerd
De veiligheids- en gatewaymoduul wekt de K-CAN-bus, de PT-CAN-bus via de wekdraad en de BYTEFLIGHT-bus als één van de bussen gewekt wordt.
Opmerking:
De regeleenheden op de PT-CAN-bus beschikken over een aparte wekdraad. Het wekken van de regeleenheden op de PT-CAN-bus geschiedt met een High-piek op de wekdraad (pulsduur circa 500 ms, hoogte minimaal 5V). Als het contact is aangezet (d.w.z. klem 15 aan), dan is een constante spanning tussen 9 V en 16 V op de wekdraad aanwezig.
Functietest van veiligheids- en gatewaymoduul
De volgende functietest geeft een aanwijzing of de veiligheids- en gatewaymoduul werkt.
- Overdracht PT-CAN naar K-CAN (voorwaarde: draaiende motor): Wanneer de overdracht in orde is, dan wordt het toerental in het instrumentenpaneel aangegeven. (Signaalweg: digitale motorelektronica - PT-CAN - veiligheids- en gatewaymoduul - K-CAN - instrumentenpaneel).
- Overdracht BYTEFLIGHT naar K-CAN (voorwaarde: contact aan): Als de overdracht in orde is, wordt bij het bedienen van de ruitenwisserschakelaar de ruitenwisser geactiveerd. (Signaalweg: schakelcentrum stuurkolom - BYTEFLIGHT- veiligheids- en Gateway-moduul - K-CAN - carrosserie-basismoduul (E60) resp. wissermoduul (E65).
Als bovengenoemde functietest in orde is, dan is de veiligheids- en gatewaymoduul met grote waarschijnlijkheid in orde.