Schakelcentrum stuurkolom (SZL) en multifunctioneel stuurwiel (MFL)

De functies van het SZL (schakelcentrum stuurkolom) kunnen in drie hoofdblokken worden opgedeeld:

In het multifunctioneel stuurwiel kunnen de volgende functies snel en ergonomisch worden bediend:

Beknopte beschrijving van het onderdeel

Het multifunctionele stuurwiel bestaat uit:

Onder het multifunctionele stuurwiel bevinden zich

De elektronische regeling voor het schakelcentrum van de stuurkolom en het multifunctionele stuurwiel is opgedeeld in twee elektronica-groepen:

De signaaloverdracht van de stuurwielelektronica naar de stuurkolomelektronica wordt door een spiraalveer gewaarborgd.

Stuurkolomhendel linksboven: Richtingaanwijzer-/dimlichtschakelaar

De richtingaanwijzer-/dimlichtschakelaar bestaat uit

In de richtingaanwijzer-/dimlichtschakelaar zijn ook nog twee axiale tiptoetsen geïntegreerd:

Overdrachtsconcept: stuurkolomhendel en axiale tiptoetsen kennen verschillende overbrengingswegen:

van de stuurkolomhendel: Als de bestuurder de stuurkolomhendel bedient, wordt een bericht naar de lichtmoduul gestuurd. signaalweg: van schakelcentrum stuurkolom -> gegevensbus BYTEFLIGHT -> veiligheids- en gatewaymoduul-> gegevensbus K-CAN -> lichtmoduul.

Om veiligheidsredenen is een extra seriële draad van het schakelcentrum stuurkolom naar de lichtmoduul beschikbaar. Aan deze leiding ligt een analoog gecodeerd spanningssignaal dat door de lichtmoduul wordt gebruikt. Aan elke schakelaarstand is een spanningsgebied toegewezen. Door de seriële draad kunnen alle standen van de richtingaanwijzer-/dimlichtschakelaar bij een busstoring worden doorgegeven, zij het met functiebeperkingen:

Overbrengingsweg van de axiale tiptoetsen: Als de bestuurder één van de axiale tiptoetsen bedient, wordt een bericht naar het instrumentenpaneel gestuurd.

Signaalweg: van schakelcentrum stuurkolom -> gegevensbus BYTEFLIGHT -> veiligheids- en gatewaymoduul -> gegevensbus K-CAN -> instrumentenpaneel.

Stuurkolomhendel linksonder: Snelheidsregeling

De hendel van de automatische snelheidsregeling bestaat uit

Overdrachtsconcept: Als de bestuurder de stuurkolomhendel of de axiale tiptoets bedient, wordt een bericht naar de digitale motorelektronica gestuurd.

Signaalweg: van schakelcentrum stuurkolom -> gegevensbus BYTEFLIGHT -> veiligheids- en gatewaymoduul -> gegevensbus PT-CAN -> digitale motorelektronica.

Overdrachtsconcept: Als de bestuurder de gekartelde knop bedient, wordt een bericht naar de regeleenheid actieve snelheidsregeling (ACC) gestuurd.

Signaalweg: van schakelcentrum stuurkolom -> gegevensbus BYTEFLIGHT -> veiligheids- en gatewaymoduul -> gegevensbus PT-CAN -> actieve snelheidsregeling (ACC).

Stuurkolomhendel rechtsonder: Ruitenwisserschakelaar

De ruitenwisserschakelaar bestaat uit

Overdrachtsconcept: Als de bestuurder de stuurkolomhendel bedient, wordt een bericht naar de carrosserie-basismoduul gestuurd.

Als de bestuurder de axiale tiptoets of de gekartelde knop bedient, wordt

Signaalweg: van schakelcentrum stuurkolom -> gegevensbus BYTEFLIGHT -> veiligheids- en gatewaymoduul -> gegevensbus K-CAN -> carrosserie-basismoduul of regen-/rijlichtsensor.

Functietoetsen-blok links en rechts van multifunctioneel stuurwiel

Met de functietoetsen zijn de volgende keuzes mogelijk

Toetsen stuurkolominstelling

De stuurkolominstelling gebeurt met de toets links aan de zijkant op de stuurkolomkap.

Claxons

De claxons geven een akoestisch waarschuwingssignaal en dienen als redundante akoestische signaalgever voor de diefstalbeveiligingsinstallatie van de auto.

De rechtstreeks ingelezen claxonschakelaar wordt als toestand via de stuurwielelektronica van de spiraalveer naar de stuurkolomelektronica (regeleenheid schakelcentrum stuurkolom) gestuurd. In de stuurkolomelektronica is gescheiden aansturing van hoge tonen claxon en lage tonen claxon mogelijk.

Stuurwielverwarming

De stuurwielverwarming bestaat uit

Het schakelcentrum stuurkolom stuurt de wikkeling dienovereenkomstig aan opdat een gelijkmatige verwarming van het stuurwiel gewaarborgd is.

Servicefuncties

Veiligheidsvoorschriften

Alle werkzaamheden aan de airbags mogen alleen bij losgekoppelde accu worden uitgevoerd!

Alle BYTEFLIGHT-regeleenheden, sensoren en generatoren alleen losmaken en aansluiten met de accu losgekoppeld!

Bij de reparatie van een glasvezelkabel op de BYTEFLIGHT-bus moet er rekening mee worden gehouden dat maar één verbindingspunt tussen de veiligheids- en gatewaymoduul en een satelliet aanwezig mag zijn. Daarom mag tussen de veiligheids- en gatewaymoduul en de portiersatellieten de glasvezelkabel niet worden gerepareerd, omdat de portierstekker reeds een verbindingspunt vormt. Bij een defect moet de glasvezelkabel worden vervangen!