Het EDC-K systeem (K staat voor continu) bepaalt de toestand van de weg, de belading van de auto en de rijdynamica. De logica van de regeleenheid past de demping door de trillingsdempers aan deze gegevens aan. In tegenstelling tot vroegere systemen wordt de demping traploos aangepast. De bestuurder heeft bovendien de mogelijkheid een comfortinstelling of twee sportinstellingen te kiezen. Bij de E60/M5 wordt de instelling door de bestuurder via het schakelcentrum middenconsole of samen met de M-Drive-modus via het multifunctioneel stuurwiel uitgevoerd.
De functies van de regeleenheid worden door microprocessoren uitgevoerd. De regeleenheid wordt via een ontlastrelais met geïntegreerde poolbeveiliging gevoed door het boordnet (klem 30). Bij spanningswaarden onder 9 V schakelt het EDC-K-systeem zichzelf uit. De regeleenheid bevindt zich aan de apparatuurdrager achter het dashboardkastje.
Het EDC-K_systeem beschikt over drie verticaalversnellingssensoren. De sensoren bevinden zich aan de rechter en linker schokdempertoren voor en aan de schokdempertoren rechtsachter. Deze sensoren meten de verticale versnelling van de carrosserie. De versnellingssensoren worden gevoed met 5 V.
Uit de informatie van de stuurhoeksensor wordt de stuurhoeksnelheid berekend. De stuurhoeksensor bevindt zich in het schakelcentrum van de stuurkolom.
Aan voor- en achteras worden gasgevulde dubbelwerkende schokdempers gebruikt. De in het EDC-systeem toegepaste dempers worden aangeduid als referentievelddempers. Bij deze dempers is geen sprake meer van vaste dempingsfasen. In elke demper is een regelbaar proportionele klep geïntegreerd in de zuiger. Deze klep wordt bij het in- en uitveren afwisselend doorstroomd. Een regelklep genereert een drukafval tussen de onderste en de bovenste zuigerzijde. Deze drukafval zorgt voor een krachtverandering aan de zuigerstang. De regelkleppen worden met maximaal 2 A gevoed. Behalve de regelklep is ook een bodemklep in de demper geïntegreerd. De bodemklep realiseert een minimumkarakteristiek van de drukfase.
De stuurhoekwaarde wordt door het schakelcentrum stuurkolom (SZL) verwerkt en in een eigen boodschap naar de CAN-bus gestuurd. Beide wieltoerentalsignalen links- en rechtsvoor worden door de DSC-regeleenheid doorgestuurd naar de CAN-bus. De EDC-K-regeleenheid ontvangt ook analoge signalen, die direct door de DSC-regeleenheid naar de EDC-regeleenheid worden gestuurd.
De bestuurder kan tussen een comfort- /sport-/ of uitgebreid sportprogramma kiezen. De programma's kunnen via de EDC-toets op het schakelcentrum middenconsole of, indien vooraf ingesteld, samen met de M-Drive-modus, via het multifunctioneel stuurwiel worden geselecteerd. In de instelling ”sport-”, en ”uitgebreid sportprogramma” is de demping van de carrosserie stugger, in de instelling ”comfort” soepeler.
Het EDC-K-systeem is een microprocessorgestuurd verstelbaar dempingssysteem. Het EDC-K systeem bestaat uit mechanische, hydraulische en elektronische componenten. Via sensoren worden de rijdynamica en de toestand van het wegdek bepaald. De regeleenheid activeert afhankelijk van deze meetgrootheden de dempers. Slingeren door de carrosserie en de wielen wordt zo op basis van de omstandigheden gedempt. Bovendien kan de bestuurder kiezen tussen een comfort- en een sportprogramma. Na het starten van de motor bevindt de EDC-K zich altijd in het comfortprogramma. Bij stilstaande auto zijn de dempers stroomloos, vanaf ca. 5 km/h worden de dempers van stroom voorzien.
In geval van een storing schakelt het systeem zichzelf uit, de demperkleppen zijn dan stroomloos. Het onderstel kan in dit geval zeer stug gedempt lijken, de auto rijdt echter wel veilig. Als systeemstoringen worden storingen aan de kleppen, de sensoren, het stroomcircuit en de regeleenheden herkend. Indien een storing eenmaal is gedetecteerd, blijft die gedurende de gehele rit aanwezig. Het opslaan van een sensorstoring leidt tot aansturing van de klepeindfasen met permanente stroom (demping gemiddeld) of tot volledige uitschakeling van het systeem (demping zeer hoog).
Het EDC-K systeem kan functioneel in drie blokken worden onderverdeeld:
- regeleenheid
- sensoren en programmakeuzemogelijkheid
- 4 elektronisch traploos verstelbare trillingsdempers
Na uit-/inbouwen van de stuurhoeksensor moet een stuurhoek-offset worden uitgevoerd met DIS of MoDIC. Daartoe wordt het stuurwiel in de rechtuitstand gezet.