Startautomaat

 

Werking

De automatische start moet voorkomen dat de startmotor langer dan noodzakelijk door de bestuurder kan worden bediend. Hierdoor wordt een onnodige geluidsproductie voorkomen. De bestuurder hoeft de startknop ook bij een koude start slechts kort te bedienen, voor de rest zorgt de DME.

Via de Car-Access-regeleenheid ontvangt de DME het startverzoek. De DME controleert de startvoorwaarden motortoerental, keuzestand, EWS-signaal en stuurt via een eigen uitgang het start-blokkeerrelais aan. Via dit relais wordt de startmotor bediend.

Het start-blokkeerrelais wordt zo lang aangestuurd, tot de motor is aangeslagen. Als de motor niet aanslaat, wordt het start-blokkeerrelais na 20 s uiteschakeld. Als de motor is geblokkeerd, wordt het start-blokkeerrelais na een aantal seconden uitgeschakeld.

Diagnose

De volgende storingen worden herkend:

- Startverzoek door de Car-Access-regeleenheid tijdens het draaien van de motor

- Vasthangen van het start-blokkeerrelais

- defecte eindtrap van de DME

- kortsluiting aanstuurdraad

-