Centrale vergrendeling

Functiebeschrijving, zie BMW Techniek:

TIS -> Document -> SI Techniek -> 61 05 03 (020)

Werking

De hoofdregeleenheid voor de werking van de centrale vergrendeling is het Car-Access-System CAS. Hij ontvangt signalen van de afstandsbediening en de schakelaar en stuurt via de K-CAN de commando's voor het ver- en ontgrendelen naar de portiermoduul en de carrosserie-basismoduul.

De centrale vergrendelingen van de voorportieren worden door de betreffende portiermoduul aangestuurd. Op de portiermoduul van het bestuurdersportier is tevens het slotcontact aangesloten.

De centrale vergrendelingen van de achterportieren en de tankklep worden door de carrosserie-basismoduul aangestuurd.

Toestanden van de centrale vergrendeling

• Ontgrendeld: Het portier kan van buitenaf en van binnenuit worden geopend
  
• Vergrendeld: Het portier kan alleen van binnenuit (tweemaal aan portierhandgreep trekken) worden geopend
  
• Centraal gesperd: Het portier kan noch van buitenaf noch van binnenuit worden geopend
  

De functie ”Centraal sperren” wordt alleen uitgevoerd, als:

• Het contact is afgezet
  
• Nadat het contact is afgezet en het bestuurders- of passagiersportier is geopend en gesloten
  

Klep van de tankdop

De klep van de tankdop wordt vergrendeld, als de centrale vergrendeling voor ”Centraal sperren” is aangestuurd.