Boordnetscheiding bij storing in de ruststroom

Hieronder wordt aangegeven hoe de powermoduul (PM)

gedraagt.

De in de afbeeldingen aangegeven stroomwaarden zijn slechts voorbeelden. (bijv. tussen 10 A en 20 A of tussen 5 mA en 10 mA)

Normale inslaapprocedure zonder storing in de ruststroom

GR_P656501

I

Stroom in A

t

Tijd in minuten

1

klem R uit of wijziging van kleppen of ZV-toestand

2

CAN-boodschap VA uit en uitgang VA_dak uit

3

Uitschakeling uitgang VA_carrosserie. Begin van de ruststroomcontrole

VA

CAN- boodschap verbruikers

VA_dak

Verbruiker dak

VA_carrosserie

Verbruikers carrosserie

Verloop normale inslaapprocedure:

Inslaapgedrag met storing in ruststroom na 120 minuten

GR_P656502

I

Stroom in A

t

Tijd in minuten

1

klem R uit of wijziging van kleppen of ZV-toestand

2

CAN-boodschap VA uit en uitgang VA_dak uit

3

Uitschakeling uitgang VA_carrosserie. Begin van de ruststroomcontrole

4

Storing in de ruststroom met 500 mA

5

Storingsopslag, start shutdowncounter

6

Start Shutdowncounter voor de tweede keer

7

Verbreking boordnet

Procedure bij een storing in de ruststroom na 120 minuten:

Het boordnet wordt door de volgende gebeurtenissen weer gesloten:

Inslaapgedrag met aangemelde standverbruiker:

GR_P656503

I

Stroom in A

t

Tijd in minuten

1

klem R uit of wijziging van kleppen of ZV-toestand

2

CAN-boodschap VA uit en uitgang VA_dak uit

3

Standverbruiker meldt zich aan

4

Standverbruiker meldt zich af

5

Storingsopslag, start shutdowncounter

6

Start Shutdowncounter voor de tweede keer

Procedure bij aangemelde standverbruiker:

Inslaapgedrag met aangemelde standverbruiker:

GR_P656504

I

Stroom in A

t

Tijd in minuten

1

klem R uit of wijziging van kleppen of ZV-toestand

2

CAN-boodschap VA uit en uitgang VA_dak uit

3

Standverbruiker meldt zich aan

4

Standverbruiker meldt zich af

Procedure bij aangemelde standverbruiker:

Inslaapgedrag met aangemelde standverbruiker:

Bij klem R mogen de standverbruikers slechts zo lang ingeschakeld blijven, dat de startcapaciteit niet in gevaar komt.

Als de laadtoestand van de accu tijdens de werking van de standverbruiker zo ver daalt dat de startcapaciteit in gevaar is:

Standverbruikers

De volgende regeleenheden melden zich bij de PM als standverbruiker aan en af.

Aanhangermoduul

De trekhaakmoduul meldt zich voor de volgende functies bij de PM aan:

Control Display

Het Control Display meldt zich onder de volgende voorwaarden bij de PM als standverbruiker aan:

Lichtmoduul

De lichtmoduul meldt zich voor de volgende functies bij de PM als standverbruiker aan:

Regeleenheid verwarmings- en airconditioningssysteem

De regeleenheid verwarmings- en airconditioningssysteem meldt zich voor de volgende functies bij de PM als standverbruiker aan:

Transmissieregeleenheid

De transmissieregeleenheid meldt zich onder de volgende voorwaarden bij de PM als standverbruiker aan:

Functieverloop:

Als tijdens deze 5 minuten een van de volgende activiteiten wordt uitgevoerd

worden de 30 minuten opnieuw gestart.

Als de laadtoestand van de accu tijdens de nieuw gestarte procedure zodanig daalt dat de startcapaciteit in gevaar komt, wordt de tijd van 30 minuten naar 5 minuten verminderd.

Als na het afzetten van de motor keuzestand P wordt ingeschakeld:

Telefoon

De telefoon (ECE en US) meldt zich voor de volgende functie als standverbruiker bij de Powermoduul aan:

De voeding van de laadschaal voor het opladen van de hoorn gebeurt via de verbruikersuitschakeling carrosserie gedurende 60 minuten.

Uitzondering instrumentenpaneel

Na het parkeren van de auto (motor uit) wordt voor het bepalen van de buitentemperatuur elke 10 minuten de waarde van de buitentemperatuursensor opgevraagd. Voor het opvragen van de buitentemperatuursensor wordt door het instrumentenpaneel geen andere bus gewekt.

Voor het berekenen van de buitentemperatuur wordt bovendien de koelvloeistoftemperatuur van de motor gebruikt. (de motorwarmte beïnvloed de buitentemperatuursensor)

Het instrumentenpaneel vraagt de koelvloeistoftemperatuur op.

bus-wektijden voor het registreren van de koelvloeistoftemperatuur

Meting nr.

Totale tijd in uren na klem 15 uit

Tijd sinds voorafgaande metingen in minuten

1

0,33

20

2

1,0

40

3

2,33

80

4

5,0

160

5

10,33

320

6

21

640

De tijd voor het opvragen van de koelvloeistoftemperatuur met bus wekken en bus slapen bedraagt minder dan 5 minuten. Hierdoor voltrekt deze procedure zich binnen de wachttijd van de PM.

Het instrumentenpaneel hoeft zich niet als standverbruiker bij de PM aan te melden.