SRA koplampreinigingsinstallatie

Voor het reinigen van de koplampen wordt water uit beweegbare sproeimonden onder hoge druk op de koplampen gesproeid. De beweegbare sproeimonden worden door de waterdruk omhoog geduwd. De beweegbare sproeimonden zijn zo ingesteld dat het glas van de lampen ook bij hoge rijsnelheden goed wordt gereinigd.

Beknopte beschrijving van het onderdeel

Ruitenwissermodule

De ruitenwissermodule is een onderdeel van de wisseraandrijving en verbonden met de wissermotor. De ruitenwissermodule bevat de elektronica voor de aansturing van de ruitenwissers, de sproeipomp en de sproeiarmverwarming. Bovendien is de aansturing van de beweegbare sproeimonden en de SRA-pomp geïntegreerd. De ruitenwissermodule is aangesloten op de databus K-CAN SYSTEM.

SZL schakelcentrum stuurkolom

Het schakelcentrum stuurkolom registreert de signalen van de schakelaars en sensoren in het stuurwiel en de stuurkolom. Het dient bovendien voor de aansturing van alle componenten in het stuurwiel en de stuurkolom. Informatie wordt via de databus BYTEFLIGHT ontvangen en doorgegeven.

De ruitenwisserschakelaar is op dit schakelcentrum aangesloten.

Ruitenwisserschakelaar

Via de ruitenwisserschakelaar worden de wisserfasen ingeschakeld. Uittrekken van de wisserschakelaar tegen de rijrichting in activeert de sproeipomp voor de voorruit en de functie SRA koplampreinigingsinstallatie.

Op de ruitenwisserschakelaar is een toets aanwezig waarmee de wisserwerking via de regensensor (speciale uitvoering) kan worden ingeschakeld.

De functie van de SRA koplampreinigingsinstallatie wordt niet beïnvloed door de functie regensensor.

De standen van de ruitenwisserschakelaar worden door het schakelcentrum via de databussen BYTEFLIGHT en K-CAN SYSTEEM aan de wissermodule doorgegeven.

SRA-pomp

De SRA-pomp pompt het water van het waterreservoir naar de beweegbare sproeimonden. De pomp wordt direct aangestuurd door de ruitenwissermodule.

Centrale Gatewaymodule (ZGM)

De centrale Gatewaymodule verbindt de databussen

Belangrijkste functies

Koplampreiniging

De SRA koplampreinigingsinstallatie is vanaf klem R AAN bedrijfsklaar. Na het inschakelen van de ontsteking en het parkeerlicht wordt bij de eerste keer inschakelen van de sproeipomp ook altijd een reinigingscyclus voor de koplampen geactiveerd. Een reinigingscyclus is onderverdeeld in twee cycli. De reinigingscyclus wordt automatisch geactiveerd

De reinigungscyclus wordt door de ruitenwissermodule aangestuurd in de volgorde:

Herhalingsblokkering

Na een sproeicyclus kunnen binnen een blokkeringsperiode van vijf minuten geen volgende sproeicycli worden geactiveerd.

De herhalingsblokkering en de teller voor het aantal reinigingscycli wordt teruggesteld door klem R UIT.

Indien de aansturing via de databus K-CAN SYSTEM aangeeft dat het sproeiwaterreservoir moet worden gevuld, wordt alleen nog elke achtste keer dat een sproeicyclys wordt geactiveerd ook een SRA-reinigingscyclus geactiveerd.

Verbruikersuitschakeling

Indien de ruitenwissermodule via de databus K-CAN SYSTEM een melding krijgt over hoge accubelasting met prioriteit 5 of 6, wordt de aansturing van de SRA beperkt tot elke achtste keer dat een sproeicyclus wordt geactiveerd.

Veiligheidsfuncties

Blokkeerbescherming

Indien door de ruitenwisseraansturing de blokkeringsbeveiliging van de wisser wordt geactiveerd, worden ook de sproeipomp en de SRA-pomp geblokkeerd. Vrijgave volgt pas wanneer de ruitenwisser via de ruitenwisserschakelaar weer kan worden ingeschakeld.