Bij het ruitensproeien wordt water op de voorruit gespoten en vervolgens door de ruitenwisser afgewist.
De sproeiers zijn direct in de wisserarm geïntegreerd, zodat ook bij hoge rijsnelheden de voorruit goed met water wordt besproeid.
Om te waarborgen dat de sproei-installatie ook bij lage temperaturen betrouwbaar functioneert, is in de waterleiding in de wisserarmen een verwarmingsdraad geïntegreerd (sproeiarmverwarming).
De ruitenwissermodule bevat de elektronica voor de aansturing van de ruitenwissers, de sproeipomp en de sproeiarmverwarming. De ruitenwissermodule is aangesloten op de databus K-CAN SYSTEM. De ruitenwissermodule is vast met de ruitenwissermotor verbonden.
Het schakelcentrum stuurkolom registreert de signalen van de schakelaars en sensoren in het stuurwiel en de stuurkolom. Het dient bovendien voor de aansturing van alle componenten in het stuurwiel en de stuurkolom. Informatie wordt via de databus BYTEFLIGHT ontvangen en doorgegeven.
De ruitenwisserschakelaar is op dit schakelcentrum aangesloten.
Via de schakelaar worden de wissersnelheden 1 en 2 en de interval ingeschakeld. Trekken van de ruitenwisserschakelaar tegen de rijrichting in schakelt de ruitensproeierpomp in.
De standen van de ruitenwisserschakelaar worden door het schakelcentrum via de databussen BYTEFLIGHT en K-CAN SYSTEEM aan de wissermodule doorgegeven.
De sproeipomp pompt het water van het sproeierreservoir naar de sproeimonden in de wisserarmen. De pomp wordt direct aangestuurd door de ruitenwissermodule.
De sproeiarmverwarming bestaat uit een verwarmingsdraad, die is geïntegreerd in de waterleiding in de wisserarm. De verwarmingsdraad wordt van stroom voorzien door de ruitenwissermodule.
Het centrale Gatewaymodul verbindt de Databussen
Door indrukken van de ruitenwisserschakelaar in de positie ”ruitensproeien” wordt de sproeipomp aangestuurd door de ruitenwissermodule en wordt via de sproeimonden in de wisserarmen water op de ruit gesproeid. Via de codering kunnen landafhankelijk twee verschillende sproeiersprogramma's in de wissermodule zijn opgeslagen:
Indien de schakelaar langer dan één seconde werd ingedrukt, worden na het loslaten van de schakelaar nog 3 wiscycli uitgevoerd en wordt de ruit droog gewist (nawisprogramma).
Indien de schakelaar korter dan één seconde werd ingedrukt, wordt de ruit niet drooggewist.
Een hogere tijdbewaking beveiligt de sproeipomp tegen thermische overbelasting.
Indien het sproeireservoir vol is, wordt de sproeipomp na maximaal 2 minuten uitgeschakeld door de tijdbewaking.
Indien via de niveauschakelaar in het sproeireservoir wordt gedetecteerd dat het sproeireservoir bijna leeg is, wordt de sproeipomp al na 15 seconden uitgeschakeld.
Afhankelijk van de buitentemperatuur en de accuspanning wordt vanaf klem R AAN de sproeiarmverwarming geactiveerd door de ruitenwissermodule. Bij geactiveerde sproeiarmverwarming stroomt spanning door de verwarmingsdragen in de waterleiding van de wisserarm. De verwarmingsdraden worden warm en verwarmen zo het water in de waterleiding.
De stroomvoorziening van de verwarmingsdraden vindt plaats via een pulsbreedte gemoduleerd signaal (PWM-signaal). Daardoor kan de verwarmingscapaciteit worden geregeld.
De functie ”sproeimonden reinigen” dient ter reiniging en ter controle van de sproeimonden. Na reparatiewerkzaamheden kan met behulp van deze functie de sproeihoek worden gecontroleerd.
De reinigingsfunctie wordt als volgt geactiveerd: