MOST-bus

Het MOST-(Media Oriented Systems Transport) netwerk maakt via een ringstructuur gegevensuitwisseling mogelijk tussen de regeleenheden.

De gegevensoverdracht gebeurt door middel van glasvezeltechniek (lichtgeleiders).

De overdracht in de ring vindt daarbij maar in één richting plaats.

In het MOST-systeem kunnen alleen maar berichten worden verstuurd als de ring gesloten en klaar voor gebruik is. Als bijv. de voeding of de diode van een regeleenheid defect is, dan kan niet meer worden gecommuniceerd met de regeleenheden op de MOST-bus. Een uitzondering hierop vormt de gateway-regeleenheid van de headunit (Rad2, CHAMP, M-ASK, CCC of volgende). De regeleenheid is naast de MOST-bus ook nog op de K-CAN aangesloten.

Headunit

De headunit vormt de interface tussen de MOST-bus en K-CAN. Voor het verdere storingzoeken (storinggeheugen uitlezen, enz.) moeten op het BMW diagnosesysteem de bijbehorende regeleenheden worden geselecteerd. In de auto is een van de volgende headunits gemonteerd.

Verschillen tussen de headunits

In vergelijking met de M-ASK en CHAMP bezit de CCC aan voorzijde twee sleuven. Door dit externe kenmerk kunnen de CCC en de M-ASK worden onderscheiden.

Uitschakeling bij te hoge temperatuur

Als een regeleenheid te heet wordt, schakelt deze regeleenheid zichzelf gedurende maximaal 10 minuten uit. Bovendien kan de complete MOST-bus zichzelf gedurende 10 minuten uitschakelen. Nadat de regeleenheid afgekoeld is, functioneert hij weer!

Indien in een MOST-regeleenheid de storing ”Uitschakeling te hoge temperatuur” is opgeslagen, dan slaan de betreffende regeleenheid en de headunit de storing op. Er zijn dus twee mogelijkheden:

Diagnose

Onder functiekeuze (carrosserie, busfuncties, MOST-functies) kunnen verdere testmodules voor de analyse van de MOST-regeleenheden resp. van de MOST-bus worden geselecteerd.