De E70 is standaard voor zien van elektrisch bediende buitenspiegels. De buitenspiegels worden centraal via de spiegelverstelschakelaar in het bestuurdersportier ingesteld. De elektrisch bediende buitenspiegels worden in twee uitvoeringen (Low en High) aangeboden.
De volgende onderdelen van de elektrisch bediende buitenspiegels worden beschreven:
De elektrisch bediende buitenspiegels worden via de verstelschakelaars in het bestuurdersportier ingesteld. Bij de uitvoering ”Low” stuurt de spiegelverstelschakelaar rechtstreeks de motoren van de elektrisch bediende buitenspiegels aan. Bij de uitvoering ”High” worden de bedieningssignalen via de LIN-bus naar de beenruimtemoduul (FRM) en de elektrisch bediende buitenspiegels verstuurd.
De buitentemperatuursensor registreert de omgevingstemperatuur. De buitentemperatuursensor stuurt deze informatie rechtstreeks naar het instrumentenpaneel.
Het instrumentenpaneel verwerkt de informatie van de buitentemperatuursensor. Vanaf een omgevingstemperatuur lager dan 3 °C stuurt het instrumentenpaneel een boodschap via het K-CAN naar de betreffende regeleenheid. Bij de uitvoering ”Low” naar de Junction-Box-Elektronica (JBE). De JBE stuurt vervolgens de spiegelverwarming elektrisch aan. Bij de uitvoering ”High” naar de beenruimtemoduul (FRM). De FRM meldt dit via de LIN-bus aan de elektrisch bediende buitenspiegels.
De FRM zorgt voor de verlichting van de spiegelverstelschakelaar. Bij de uitvoering ”High” is de FRM via de LIN-bus met de verstelschakelaar voor de buitenspiegel en de elektrisch bediende buitenspiegels verbonden.
De JBE zorgt voor de spanningsvoorziening van de elektrisch bediende buitenspiegels en de verstelschakelaar. Bij de uitvoering ”Low” stuurt de JBE de spiegelverwarming elektrisch aan. Afhankelijk van de buitentemperatuur ontvangt de JBE een signaal voor het inschakelen van de spiegelverwarming. Het signaal ontvangt de JBE via het K-CAN.
Eén motor verstelt het spiegelglas in horizontale en verticale richting. Op de motoren bevindt zich een positiepotentiometer. De potentiometers herkennen de positie van de motoren en geven een terugmelding hiervan.
De buitenspiegel bestaat uit een spiegelvoet en een spiegelkop. In de spiegelvoet is de motor voor het inklappen van de spiegel ingebouwd. Het in- en uitklappen wordt door het omkeren van de motordraairichting mogelijk gemaakt.
Afbeelding toont E70
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Verstelschakelaar buitenspiegel |
2 |
Schuifschakelaar voor betreffende zijde |
3 |
Toets voor inklappen van spiegel |
|
|
Blokschema E70, uitvoering ”Low”
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Buitentemperatuursensor |
2 |
Instrumentenpaneel |
3 |
Beenruimtemoduul (FRM) |
4 |
Junction-Box-Elektronica (JBE) |
5 |
Buitenspiegel passagierszijde |
6 |
Verstelschakelaar buitenspiegel |
7 |
Buitenspiegel bestuurdersportier |
|
|
Blokschema E70, uitvoering ”High”
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Buitentemperatuursensor |
2 |
Instrumentenpaneel |
3 |
Beenruimtemoduul (FRM) |
4 |
Buitenspiegel passagierszijde |
5 |
Verstelschakelaar buitenspiegel met inklaptoets voor spiegel |
6 |
Buitenspiegel bestuurdersportier |
De volgende systeemfuncties van de elektrisch bediende buitenspiegels worden beschreven:
De verstelling van de elektrisch bediende buitenspiegels is vanaf klem R AAN mogelijk. De elektrische bediende buitenspiegels kunnen via de spiegelverstelschakelaar in horizontale en verticale richting worden versteld. Via een schuifschakelaar wordt tussen bestuurders- en passagierszijde omgeschakeld. Horizontaal en verticaal verstellen kan alleen afzonderlijk worden uitgevoerd. Met de buitenspiegels ingeklapt is geen verstelling mogelijk. Om de motoren en het mechanisme te ontzien, is de versteltijd tot maximaal 10 seconden beperkt. Bij het bereiken van de maximale versteltijd kan de buitenspiegel gedurende 10 seconden niet meer worden aangestuurd.
De buitenspiegels kunnen worden ingeklapt om de auto minder breed te maken. Het inklappen van de buitenspiegels is mogelijk vanaf klem R AAN. Het inklappen van de buitenspiegels wordt geactiveerd door het indrukken van de toets voor het inklappen van de spiegel in het bestuurdersportier. Het in- resp. uitklappen van de buitenspiegels wordt door het opnieuw indrukken van de toets omgekeerd. Om veelvuldig in- en uitklappen te vermijden is een herhaalblokkering geïntegreerd.
De trottoirbandfunctie is alleen beschikbaar met de speciale uitvoering ”spiegelgeheugen bestuurder”. Voor een beter zicht op de trottoirrand wordt het spiegelglas van de buitenspiegel aan passagierszijde bij het achteruitrijden omlaag geklapt. Deze functie kan alleen onder de volgende voorwaarden worden uitgevoerd:
In verband met de beveiliging tegen overbelasting van de aandrijvingen beschikken de motoren over een blokkeerherkenning. Wanneer de aandrijving geblokkeerd is, stijgt de stroom in de motor. De betreffende regeleenheid vergelijkt de beginstroom bij een normale werking met de stroom bij een geblokkeerde aandrijving. Een blokkering wordt herkend aan een afwijking hiertussen. De motor wordt niet meer aangestuurd.
Drukfouten, vergissingen en technische wijzigingen voorbehouden.