Voor de nieuwe Cabrio van de BMW 3 Serie E93 wordt voor het eerst een wegklapbare hardtop toegepast. De driedelige dakconstructie is zeer licht en van plaatstaal vervaardigd. Het dak opent in circa 22 seconden en sluit in circa 23 seconden.
De wegklapbare hardtop biedt de volgende voordelen:
Een centrale hydraulische eenheid bedient de wegklapbare hardtop. De beweging wordt ondersteund door 8 hydraulische cilinders. Bovendien nemen nog 6 gasdrukdempers aan de beweging deel. De hydraulische eenheid wordt aangestuurd door de Cabrio-Top-moduul (CTM). In totaal 14 sensoren bewaken de beweging.
Attentie! Noodbediening alleen in de werkplaats.
Een noodbediening van de wegklapbare hardtop voor de klant is niet mogelijk. Een noodbediening in de werkplaats is echter wel mogelijk.
De noodbediening is uitvoerig beschreven in de reparatiehandleiding.
De volgende onderdelen voor de wegklapbare hardtop worden beschreven:
In totaal 5 microschakelaars leveren een signaal aan de Cabrio-Top-moduul (CTM):
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Microschakelaar bovenlijst van de voorruit bereikt |
2 |
Microschakelaar bovenlijst van de voorruit ontgrendeld |
3 |
Microschakelaar bovenlijst van de voorruit vergrendeld |
4 |
Microschakelaar koppeling rechts gesloten |
5 |
Microschakelaar koppeling links gesloten |
|
|
In totaal 9 hallsensoren leveren een signaal aan de Cabrio-Top-moduul (CTM):
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Hallsensor dakpanelen gedeeltelijk geopend |
2 |
Hallsensor dakpanelen gedeeltelijk gesloten |
3 |
Hallsensor koppeling rechts geopend |
4 |
Hallsensor achtermoduul gesloten |
5 |
Hallsensor dakpakket opgeborgen |
6 |
Hallsensor achtermoduul bijna gesloten |
7 |
Hallsensor achtermoduul geopend |
8 |
Hallsensor voor kofferruimte-afscheiding |
9 |
Hallsensor dakpakket rechtop gezet |
|
|
De toets bevindt zich in de middenconsole, tussen de Controller en de armleuning. De toets voor de wegklapbare hardtop werkt op dezelfde manier als de ruitbedieningsschakelaars.
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Toets |
2 |
Groene LED |
3 |
Rode LED |
|
|
Als de toets tijdens de beweging wordt losgelaten, stopt de beweging van de wegklapbare hardtop of de zijruiten direct. De functie-aanduiding in de toets bestaat uit 2 LED's (rood en groen). De groene LED brandt tijdens het openen of sluiten. De rode LED geeft een foutieve bediening of foutieve omstandigheden (bijv. kofferruimte-afscheiding niet naar beneden).
De rode LED gaat knipperen zodra de hardtop zich in een tussenpositie bevindt en tegelijkertijd geen bediening wordt uitgevoerd. Het knipperen geeft geen storing aan. De knipperende LED moet erop wijzen dat in deze toestand niet mag worden gereden.
De Cabrio-Top-moduul (CTM) is de centrale regeleenheid voor alle functies van de wegklapbare hardtop. De CTM is rechts op de scheidingswand aangebracht. De CTM stuurt de wegklapbare hardtop, de achtermoduul en de Soft-Close-automaat aan. De CTM stuurt de aandrijving voor de hardtop-vergrendeling aan. Bovendien stuurt de CTM eveneens de hydraulische pomp en de 8 hydraulische cilinders aan, via de 5 kleppen in de hydraulische eenheid.
De CTM is via het K-CAN met andere regeleenheden verbonden. Zo wordt bijv. informatie over de buitentemperatuur, rijsnelheid en status van het kofferdeksel via het K-CAN ontvangen. Bij het openen resp. sluiten van de hardtop stuurt de CTM een signaal naar het Car Access System (CAS). Het CAS is de master voor het ruitmechanisme. Via het CAN-signaal stuurt de CAS de beenruimtemoduul (FRM) evenals de Junction-Box-Elektronica (JBE) aan. Het signaal dient als verzoek voor het openen van de zijruiten voor en achter.
De CTM geeft in bepaalde situaties aanwijzingen in het instrumentenpaneel als Check-Control-melding, ter informatie van de klant.
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Cabrio-Top-moduul (CTM) |
2 |
26-polige stekker voor hallsensoren en microschakelaars |
3 |
2-polige stekker voor de aandrijving van de hardtop-vergrendeling |
4 |
41-polige stekker voor de stroomvoorziening, Soft-Close-automaat, toets, hallsensoren, microschakelaars en K-CAN |
5 |
18-polige stekker voor de aansturing van de hydraulische eenheid |
|
|
Afhankelijk van of het dak gesloten of geopend is:
de CTM stuurt een signaal naar de antenne-diversity voor de antenne-omschakeling.
De dakpanelen van de hardtop worden onderling vergrendeld. Daarnaast wordt het voorste dakpaneel met 2 vergrendelingshaken in de bovenlijst van de voorruit vergrendeld. Een elektromotor in het voorste dakpaneel dient als aandrijving.
Via de elektromotor worden de spiraalkabels links en rechts aangedreven (net als bij het schuif-/kanteldak). Aan het einde van de spiraalkabels bevinden zich borgpennen, die vanaf het voorste dakpaneel in het middelste dakpaneel worden geschoven. Hierdoor zijn deze dakpanelen vergrendeld. Tegelijkertijd wordt het middelste dakpaneel d.m.v. een stangenstelsel met het achterste dakpaneel vergrendeld.
Op de bovenlijst van de voorruit worden de vergrendelingshaken vergrendeld. Bovendien wordt de middelste vergrendelingshaak vergrendeld.
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Aandrijving voor hardtop-vergrendeling (elektromotor) |
2 |
Spiraalkabel |
3 |
Vergrendelingspen voorste dakpaneel t.o.v. middelste dakpaneel |
4 |
Vergrendelingspen middelste dakpaneel t.o.v. achterste dakpaneel |
5 |
Vergrendelingshaken |
|
De hydraulische eenheid bevindt zich in een kuip in de kofferruimtebodem.
Door overeenkomstige klepposities en de draairichting van de hydraulische pomp wordt de bewegingsrichting van de hardtop en de achtermoduul bepaald. De draairichting van de hydraulische pomp wordt door 2 relais aangestuurd.
De hydraulische pomp genereert een werkdruk van 150 tot 200 bar.
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Reservoir hydraulische vloeistof |
2 |
Vulniveaumarkering |
3 |
Bout voor noodbediening, drukloos systeem |
4 |
Hydraulische eenheid met hydraulische pomp |
5 |
Hydraulische kleppen |
6 |
2 relais |
Om het te heet worden van de hydraulische pomp bij het veelvuldig bedienen van de hardtop te voorkomen wordt de temperatuur in de hydraulische pomp gemeten. De temperatuursensor is d.m.v. 2 draden massavrij met de CTM verbonden. Een draadbreuk leidt tot een invoer in het storingsgeheugen.
Vanaf 90 °C wordt een reeds begonnen sluitbeweging van de hardtop nog tot een veilige eindpositie uitgevoerd.
Bij 105 °C wordt de beweging van de hardtop direct gestopt. Als de temperatuur weer beneden 90 °C is gedaald, kan de beweging worden voortgezet.
Het instrumentenpaneel levert de buitentemperatuur (bussignaal).
De beenruimtemoduul (FRM) stuurt de ruitbediening voor aan. Voor het openen van de hardtop moeten de zijruiten worden geopend (bussignaal van CTM).
De Junction-Box-Elektronica (JBE) stuurt de ruitbediening achter aan. Voor het openen van de hardtop moeten de zijruiten worden geopend (bussignaal van CTM).
De Junction-Box-Elektronica levert het signaal, of het kofferdeksel gesloten is (bussignaal).
De zekering-/relaiskast in de Junction Box voedt de Cabrio-Top-moduul (CTM) met klem 30g. Bovendien wordt de CTM met klem 15 door het Car Access System (CAS) gevoed. Als bijv. de spanningsvoorziening van de Junction Box is onderbroken, is nog voldoende communicatie met het BMW diagnosesysteem mogelijk.
Afhankelijk van of het dak gesloten of geopend is, geeft de CTM stuurt een signaal naar de antenne-diversity. De antenne-diversity schakelt vervolgens de antennes overeenkomstig om.
De volgende systeemfuncties van de wegklapbare hardtop worden beschreven:
Om de wegklapbare hardtop te kunnen openen en sluiten moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan:
Door aan de toets in de middenconsole te trekken worden de omstandigheden door de Cabrio-Top-moduul (CTM) gecontroleerd. Na een succesvolle controle worden de zijruiten geopend. Vervolgens wordt het voorste dakpaneel bij de bovenlijst van de voorruit evenals de dakpanelen onderling ontgrendeld. Met het activeren van het hydraulisch systeem wordt de koppeling (vergrendeling achterste dakpaneel en achtermoduul t.o.v. carrosserie) ontgrendeld. Nu worden de 3 dakpanelen over elkaar geschoven. Vervolgens wordt de achtermoduul geopend en wordt het dakpakket opgeborgen. Het opgeborgen dakpakket wordt vervolgens vergrendeld (net als bij de bovenlijst van de voorruit). Hierna wordt de achtermoduul gesloten en vergrendeld. Tenslotte gaan de zijruiten weer omhoog (alleen EURO-uitvoering).
Het sluiten van de hardtop vindt in omgekeerde volgorde plaats. Na het indrukken van de toets in de middenconsole worden de voorwaarden door de Cabrio-Top-moduul (CTM) gecontroleerd. Na een succesvolle controle worden zo nodig de zijruiten geopend (groene LED brandt). Hierna wordt de achtermoduul ontgrendeld en geopend. Tegelijkertijd wordt ook het dakpakket ontgrendeld. Als de achtermoduul volledig geopend is, wordt het dakpakket rechtop geplaatst. Wanneer het dakpakket de eindpositie heeft bereikt, wordt de achtermoduul gesloten, via de koppeling vergrendeld en vervolgens weer ontgrendeld. Nu worden de dakpanelen uit elkaar geschoven, tot het voorste dakpaneel de bovenlijst van de voorruit bereikt. Nu worden de dakpanelen onderling evenals het voorste dakpaneel bij de bovenlijst van de voorruit vergrendeld. Tenslotte worden het achterste dakpaneel en de achtermoduul op de carrosserie vergrendeld. De groene LED in de toets dooft. Als de toets ingedrukt wordt gehouden, gaan de zijruiten volledig omhoog.
De wegklapbare hardtop kan via de afstandsbediening en via de mechanische sleutel in het portierslot worden bediend. Bij auto's met SU ”Comfort Access” kan de hardtop via de identificatiegever worden geopend en gesloten.
De nieuwe comfortfunctie voor het be- en ontladen maakt het bij een geopend dak mogelijk de bagageruimte snel te kunnen bereiken. Bijvoorbeeld om grotere bagagestukken te moeten inladen. De comfortfunctie wordt als volgt geactiveerd:
Hierna wordt de achtermoduul ontgrendeld en volledig geopend. Vervolgens wordt het dakpakket uit de bagageruimte bewogen en in een tussenstand gebracht. Hierna wordt de achtermoduul gesloten en vergrendeld. Het kofferdeksel ontgrendelt via de Soft-Close-automaat. Hierbij wordt het kofferdeksel iets geopend.
De comfortfuncties via de afstandsbediening zijn landspecifiek.
Voorwaarden voor de bediening met de afstandsbediening resp. identificatiegever bij Comfort Access (SU 322)
|
zonder SU 322 (Comfort Access) |
met SU 322 (Comfort Access) |
---|---|---|
EURO en rest van de wereld |
Dak OPEN: ook wanneer de afstandsbediening meer dan 4 meter verwijderd is Dak DICHT: alleen wanneer de afstandsbediening minder dan 4 meter verwijderd is Comfortfunctie voor be- en ontladen: ook wanneer de afstandsbediening meer dan 4 meter verwijderd is |
Dak OPEN: ook wanneer de identificatiegever meer dan 4 meter verwijderd is Dak DICHT: alleen wanneer de identificatiegever minder dan 4 meter verwijderd is Comfortfunctie voor be- en ontladen: ook wanneer de identificatiegever meer dan 4 meter verwijderd is |
USA/Canada |
--- (niet gecodeerd) |
Dak OPEN: alleen wanneer de identificatiegever minder dan 4 meter verwijderd is Dak DICHT: alleen wanneer de identificatiegever minder dan 4 meter verwijderd is Comfortfunctie voor be- en ontladen: alleen wanneer de identificatiegever minder dan 4 meter verwijderd is |
In bepaalde situaties is het openen resp. sluiten van de hardtop niet mogelijk. Hiertoe worden overeenkomstige meldingen in het instrumentenpaneel als Check-Control-meldingen weergegeven. Bij auto's met Central Information Display (CID) wordt de korte tekst evenals extra aanwijzingen weergegeven.
De Check-Control-meldingen dienen ter verklaring van de rode LED in de toets, die bij een storing gaat branden. Een aanwezige Check-Control-melding wordt elke 5 seconden weergegeven.
Nr. |
Kleur |
ID |
Check-Control-melding |
Aanvullende aanwijzing |
---|---|---|---|---|
1 |
Geel |
19 |
Kofferruimte open! |
|
2 |
rood |
401 |
Functiestoring dakbediening! |
Dakbediening |
447 |
Dakbediening! |
Dakbediening |
||
558 |
Dakregeling uitgevallen! |
Dakregeling |
||
562 |
Dak niet vergrendeld! |
Dak |
||
3 |
Geel |
416 |
Kofferruimte-afscheiding! |
Kofferruimte-afscheiding |
|
432 |
Dakaandrijving oververhit! |
Dakbediening |
|
516 |
Geen dakbediening mogelijk! |
Dak |
||
519 |
Geen dakbediening mogelijk! |
Dakbediening |
||
4 |
Geel |
445 |
Wagen staat niet vlak! |
Dakbediening |
Voor het comfortabel sluiten van het kofferdeksel is standaard de Soft-Close-automaat aanwezig. De Soft-Close-automaat bestaat uit 2 aandrijvingen. De aandrijvingen vergrendelen het kofferdeksel links en rechts op de drager van de achtermoduul. Hierdoor wordt de stabiliteit van de achterzijde van de auto vergroot.
Index |
Verklaring |
Index |
Verklaring |
---|---|---|---|
1 |
Microschakelaar kofferdekselslot links |
2 |
Aandrijving centrale vergrendeling voor kofferdeksel |
3 |
Kabel voor ontgrendeling van het kofferdekselslot rechts |
4 |
Microschakelaar kofferdekselslot rechts |
5 |
Slotcilinder van het kofferdeksel |
6 |
Aanslagrubber rechts |
7 |
Aandrijving voor Soft-Close-automaat rechts |
8 |
Kabel voor die mechanische ontgrendeling van het kofferdeksel |
9 |
Kabel voor ontgrendeling van het kofferdekselslot links |
10 |
Aandrijving voor Soft-Close-automaat links |
11 |
Aanslagrubber links |
|
|
Als de kofferdekselsloten links en rechts de slotbeugel hebben bereikt, worden 2 microschakelaars ingedrukt. De signalen worden naar de Junction-Box-Elektronica (JBE) gestuurd. De Cabrio-Top-moduul (CTM) ontvangt de signalen via de CAN-bus. De CTM stuurt vervolgens beide aandrijvingen van de Soft-Close-automaat zo lang aan, tot het kofferdeksel vergrendeld is.
Als het kofferdeksel wordt dichtgeslagen, is het sluiten via de Soft-Close-automaat niet nodig. In verband met de veiligheid moet worden gecontroleerd of het kofferdeksel daadwerkelijk gesloten is. Daarom worden de aandrijvingen van de Soft-Close-automaat desondanks aangestuurd.
Beide aandrijvingen beschikken over een herhaalblokkering, om oververhitting te voorkomen. De herhaalblokkering staat maximaal 20 aansturingen (teller tot 20 pulsen) van de Soft-Close-automaat toe. Hierna is de Soft-Close-automaat gedurende circa 2 minuten elektrisch geblokkeerd.
Attentie! Noodbediening alleen in de werkplaats.
Een noodbediening van de wegklapbare hardtop voor de klant is niet mogelijk. Een noodbediening in de werkplaats is echter wel mogelijk.
De noodbediening is uitvoerig beschreven in de reparatiehandleiding.
Attentie! De auto moet stilstaan
Openen en sluiten van de wegklapbare hardtop tijdens het rijden is niet mogelijk.
In verband met het hoge stroomverbruik van de wegklapbare hardtop van tot wel 40 ampère mag de hardtop alleen bij aangesloten acculader of draaiende motor worden bediend.
Let ook op de aanwijzingen in de handleiding.
Attentie! Geen inklembeveiliging voor de achterste ruitbedieningen.
De achterste ruitbedieningen hebben geen inklembeveiliging.
Hierdoor is ook geen comfortfunctie voor het sluiten van de achterste ruiten aanwezig.
Opmerking! Geen comfortsluiting via de elektronica buitenhandgreep.
Bij auto's met Comfort Access (comforttoegang) is de comfortsluiting via de elektronica buitenhandgreep niet mogelijk. Comfortsluiting via slotcilinder wordt uitgevoerd.
Opmerking! Hydraulische olie onderhoudsvrij.
Door de levenslange olievulling hoeft de hydraulische olie niet te worden ververst.Als vanwege lekkage hydraulische olie moet worden nagevuld, mag alleen de goedgekeurde hydraulische olie worden gebruikt. Hydraulische olie slechts tot de markering op het reservoir bijvullen.
Opmerking! Bij ernstige geluidsontwikkeling het hydraulisch systeem ontluchten.
Bij ernstige geluidsontwikkeling tijdens de hardtopbeweging moet de hardtop enkele malen worden geopend en gesloten. Daarbij wordt het hydraulisch systeem automatisch in het oliereservoir ontlucht.
Opmerking! De hardtop weegt circa 98 kilogram.
Voor het uitbouwen en inbouwen van de hardtop zijn ten minste 2 personen en de overeenkomstige hefinrichting nodig (zie reparatiehandleiding).
Attentie! Bij het werken aan het rollbar beveiligingssysteem de hardtop openen.
Als het rollbar-beveiligingssysteem door het BMW diagnosesysteem wordt geactiveerd, moet eerst de hardtop worden geopend. Anders wordt de achterruit beschadigd.
Dit geldt ook voor een mechanische activering.
Na een vervanging met de Cabrio-Top-moduul (CTM) opnieuw worden gecodeerd.
De verschillende landenuitvoeringen voor de comfortfuncties in acht nemen:
Zie het hoofdstuk ”Comfortbediening en comfortfunctie voor be- en ontladen van de bagageruimte”.
Drukfouten, vergissingen en technische wijzigingen voorbehouden.