Algemene functiebeschrijving van de spanningsvoorziening zie BMW Techniek: TIS -> Document -> SI Techniek -> SBT-nummer invoeren
SBT-nummer: -> 61 03 04092
De 5 Serie en 6 Serie vanaf E60 zijn uitgerust met de micro-powermoduul (MPM). De MPM koppelt bij een storing enkele regeleenheden los van de boordnetspanning via een bistabiel relais. Vooral MOST-regeleenheden worden via deze klem gevoed.
Bij de 1 Serie en 3 Serie vanaf E87 is er variantafhankelijk eveneens een bistabiel relais. Het bistabiele relais koppelt bij een storing van de ruststroom bepaalde verbruikers los van de boordnetspanning.
De geschakelde klem van het bistabiele relais wordt klem 30g-f genoemd.
Klem 30g-f staat voor een klem 30, die bij een storing (f) geschakeld (g) wordt.
Voor de uitschakeling bij een ruststroomstoring is een bistabiel relais aanwezig. Het bistabiele relais bevindt zich op de printplaat van de zekering-/relaishouder (door het huis van de zekering-/relaishouder afgedekt).
Het bistabiele relais schakelt klem 30 op de zekeringen F17 en F40 (t/m modeljaar 03/2005), of F17 en F31 (vanaf modeljaar 09/2005). Bij een ruststroomstoring wordt dit relais aangestuurd, om de spanningsvoorziening van de genoemde zekeringen te onderbreken.
Het bistabiele relais heeft twee relaisspoelen, die bij aansturing telkens het relaiscontact openen resp. sluiten. Het relais blijft telkens in de als laatst aangestuurde positie staan (contact open of gesloten).
Het bistabiele relais is alleen bij bepaalde speciale uitvoeringen aanwezig. In de auto's zonder bistabiele relais zijn de zekeringen F17 en F40 (t/m modeljaar 03/2005), of F17 en F31 (vanaf modeljaar 09/2005) via een brug met klem 30g verbonden.
Het bistabiele relais bevindt zich op de zekering-/relaishouder en wordt door de koppeldoos elektronica (JBE) aangestuurd. De aanstuurdraden lopen via de interne stekker X04010 van de koppeldoos (bestaand uit de zekering-/relaishouder en JBE).
De relaisspoelen worden rechtstreeks op de zekering-/relaishouder gevoed via klem 30.
De JBE schakelt gedurende korte tijd de massadraad tegen de relaisspoel, om het contact te openen of te sluiten.
Het bistabiele relais wordt bij een storing door de JBE zo aangestuurd, dat de spanningsvoorziening van klem 30g-f wordt onderbroken.
Klem 30g-f wordt onder een van de volgende voorwaarden uitgeschakeld:
Bij uitschakeling van klem 30g-f in verband met een ruststroomstoring, wordt een storing in de JBE opgeslagen.
Bij uitschakeling van klem 30g_f wordt er geen rekening mee gehouden, welke regeleenheid voor de ruststroomstoring verantwoordelijk is. In elk geval wordt klem 30g-f uitgeschakeld.
Als de ruststroomstoring door een regeleenheid wordt veroorzaakt die niet via klem 30g-f wordt gevoed, dan blijft de ruststroomstoring ook na de uitschakeling aanwezig.
Een inschakelvoorwaarde heeft altijd voorrang boven een uitschakelvoorwaarde. Onder de volgende omstandigheden wordt klem 30g-f via het bistabiele relais weer ingeschakeld.
De inschakelprocedure wordt alleen uitgevoerd als het relais van te voren is uitgeschakeld.
Na elke spanningsonderbreking van de JBE wordt het bistabiele relais zo aangestuurd, dat het contact gesloten is.
Normaal is klem 30g-f altijd ingeschakeld.
Bij klem R of klem 15 is klem 30g-f altijd ingeschakeld.