De dynamo met BSD-aftakking kan actief met de motorregeleenheid communiceren De dynamo is niet verbonden met de laadstroomcontrolelamp, maar alleen met de motorregeleenheid. De dynamo kan verschillende storingen herkennen.
Voor de dynamo met BSD-aftakking heeft de motorregeleenheid de volgende functies:
-Activeren/uitschakelen van de dynamo aan de hand van toepasbare parameters
-Aanduiding van de maximaal toelaatbare belasting van de dynamo
-Regeling van de reactie van de dynamo op belastingssprongen (Load Response)
-Berekening van het dynamokoppel aan de hand van de belasting
-Diagnose van de gegevensdraad tussen dynamo en motorregeling
-Bewaren van storingscodes van de dynamo in het storingsgeheugen
-Aansturing van de laadstroomcontrolelamp in het instrumentenpaneel via CAN
De werking van de laadstroomcontrolelamp voor een dynamo met BSD-aftakking is gelijk aan de tot nu toe gebruikelijke dynamo's.
De basisfunctie van de dynamo is ook bij een onderbreking in de communicatie tussen de dynamo en de motorregeling gewaarborgd.
De volgende mogelijke storingen zijn door de invoer van storingen herkenbaar:
-Afregeling voor hoge temperaturen: De dynamo is overbelast; voor de veiligheid wordt de dynamospanning verlaagd tot de dynamo weer is afgekoeld. De laadstroomcontrolelamp gaat niet branden
-Mechanische storing: de dynamo is mechanisch geblokkeerd of de riemaandrijving is defect..
-Elektrische storing: defect aan de velddiode, onderbreking van de veldwikkeling, te hoge spanning door een defecte spanningsregelaar.
-Wegvallen van de communicatie: defect in de bedrading tussen de motorregeling en de dynamo.
Niet herkenbaar zijn: Onderbreking of kortsluiting in de wikkeling
Het signaal voor het laten branden van de laadstroomcontrolelamp wordt via CAN naar het instrumentenpaneel overgebracht. De laadstroomcontrolelamp gaat branden bij een mechanische of elektrische storing (zie hierboven).
De hierboven genoemde berekening van het dynamokoppel en de belasting van de dynamo is sterk afhankelijk van het type (vermogen) en het merk.
De hiervoor benodigde gegevens worden door de dynamo aan de motorregeling doorgegeven. De motorregeling past de berekeningen en de signalen dienovereenkomstig aan.
Door de nauwkeurige berekening van het dynamokoppel en de regeling van de Load-Response functie is een stabiel stationair toerental mogelijk
De regeling van de dynamospanning overeenkomstig de richtwaarde van de motorregeling maakt een uitgebalanceerde laadbalans van de accu mogelijk.