De toestand van de accu, die in het Advanced Power Management (APM) wordt berekend, is een wezenlijke invloedsfactor van de MSA. Het APM controleert de volgende parameters: Acculaadtoestand, accutemperatuur, spanningsdaling tijdens het starten, stroomverbruik van de ingeschakelde verbruikers.
Bij afgezette motor moet een overvloedig stroomverbruik worden voorkomen. Daarom worden bij contact 15 AAN en motor UIT door het APM alle grotere stroomverbruikers uitgeschakeld of in verbruik gereduceerd. De displays blijven actief.
Het betreft de volgende verbruikers:
De functie MSA is alleen onder bepaalde voorwaarden mogelijk. Een MSA-stop wordt voorkomen als milieu-invloeden of omstandigheden van de auto dit eisen.
Volgende uitschakelblokkeringen van het APM:
In het geheugen van het powermanagement worden de actueel bestaande en de vier laatst opgetreden uitschakelblokkeringen opgeslagen.
Het powermanagement slaat tevens de negen laatste uitschakelblokkeringssoorten op: Komt een uitschakelblokkering meerdere keren na elkaar voor, dan wordt deze maar één keer opgeslagen.
Het volautomatisch starten van de motor door de MSA kan ook plaatsvinden wanneer de bestuurder geen enkele actie uitvoert. Enkele auto-omstandigheden (inschakelcommando's) zorgen voor een directe MSA-motorstart zonder invloed van de bestuurder.
Volgende inschakelcommando's is vanwege het APM mogelijk:
In het geheugen van het powermanagement worden de vier laatst voorgekomen inschakelcommando's opgeslagen.
Voor auto's met motor-start-stop-automaat moet in elk geval een AGM-accu zijn ingebouwd en na het vervangen van een accu met de servicefunctie <Accuvervanging registreren> worden geregistreerd, opdat de MSA-functie goed functioneert.
In het geval van een accuvervanging, het losmaken van de accukabels of na het programmeren van de motorregeling kunnen de gegevens over de acculaadtoestand en accutoestand verloren gaan.
Pas na een rustspanningsmeting van circa 6 uur (bijv. rustfase gedurende een nacht), waarbij de auto niet mag worden gewekt, staan deze gegevens weer ter beschikking. In deze leertijd is de MSA-functie niet actief (uitschakelblokkering = acculaadtoestand niet aannemelijk). Dit moet bij de overdracht van de auto aan de klant worden gemeld. De MSA-functie schakelt automatisch weer actief zodra de noodzakelijke routines succesvol zijn afgerond.