Er kunnen in totaal 4 kortsluitstoringen in de regeleenheid worden opgeslagen.
Als kortsluiting in een lampcircuit wordt opgemerkt, wordt dit lampcircuit na een minuut uitgeschakeld. Dit lampcircuit blijft uitgeschakeld tot een klemmenwisseling (klem 15 -> klem R -> klem 15) heeft plaatsgevonden.
Een hernieuwd inschakelverzoek wordt daarom pas na een klemmenwisseling uitgevoerd.
Als in een auto in totaal 50 klemmenwisselingen hebben plaatsgevonden, waarbij een kortsluiting in een lampcircuit aanwezig was, wordt de betreffende regeleenheiduitgang door de regeleenheid permanent uitgeschakeld. Dit is het geval als ondanks herhaalde reparaties van de kortsluiting de storingsinvoer niet meer kan worden gewist. In dit storingsgeval moet de regeleenheid worden vervangen.