Functiebeschrijving zie BMW Technik:
TIS -> document ->- SI Technik -> SBT-nr. invoeren SBT- nummer: - 61 07 04 103
Als berekeningsgrondslag voor de verschillende functies van de DSC wordt door het schakelcentrum stuurkolom (SZL) o.a. de informatie over stuurhoek en stuurwielomdraaiing geregistreerd.
De stuurhoek geeft de hoekverdraaiing van het stuurwiel aan. Er wordt een stuurhoek van +/-180° geregistreerd. Het signaal van de stuurhoeksensor wordt elke 360° herhaald. Via de signaalherhalingen worden de stuurwielomwentelingen geteld. Het SLZ wordt via klem 30 continu van spanning voorzien. Daardoor worden ook stuurbewegingen bij contact UIT geregistreerd . Na een spanningsonderbreking blijft de nulstand van het stuurwiel behouden. De stuurwielverdraaiing gaat echter verloren. Door een berekeningsmodel wordt tijdens het rijden de actuele stuurwielverdraaiing weer vastgesteld. Als deze procedure niet beneden een rijsnelheid van 25 km/h is afgesloten, gaat de DSC-controlelamp branden. Andere mogelijkheden voor het bepalen van de stuurwielstand na een spanningsonderbreking: Van aanslag tot aanslag draaien Uitvoeren van de servicefunctie ”Synchronisatie stuurhoek”
De stuurhoeksensor heeft voor zijn interne berekeningen modelspecifieke gegevens nodig, die door het coderen worden vastgelegd.
Bij de synchronisatie wordt de actuele stuurwielstand als rechtuitstand van het stuurwiel permanent in het SZL opgeslagen. Daarom moeten bij een synchronisatie de voorwielen en het stuurwiel in de exacte rechtuitstand worden gezet. Bovendien worden het serienummer van het SZL en het chassisnummer in de DSC opgeslagen (toewijzing van DSC aan SZL en auto). Nadat de synchronisatie met succes is uitgevoerd, wordt automatisch het storingsgeheugen van de stuurhoeksensor gewist.
Na de volgende werkzaamheden moet een afstelling worden uitgevoerd: